Je zou kunnen stellen dat met het transformeren van voorpoten in handen - die in staat zijn tot steeds geavanceerdere technologische operaties -, het Antropoceen reeds in de wieg is gelegd. Deze evolutionaire transformatie ging tegelijk gepaard met hersenontwikkeling, en die twee samen konden er wat van wat betreft de omgeving gebruiken als hulpmiddel.
De omgeving gebruiken was voor de mens als het naakte onbehuisde dier gewoon pure noodzaak om mens te kunnen zijn. Hij moest zijn gebrekkigheid wel aanvullen met exogene middelen. Zo kon er sprake zijn van een kweek van anti-natuurlijkheid in de natuur, die het proces van menselijke culturele ontwikkeling of antropogenese karakteriseert als een succesvolle geschiedenis van evolutie.
Maak jouw eigen website met JouwWeb