In evolutie spelen zowel concurrentie als samenwerking een cruciale rol. Concurrentie omvat de strijd om schaarse hulpbronnen zoals voedsel, water en partners, wat leidt tot competitieve adaptaties en de sterkere individuen of soorten die overleven. Samenwerking vindt plaats wanneer individuen of soorten samenwerken om wederzijdse voordelen te behalen, zoals het gezamenlijk jagen, verdedigen of het delen van kennis, wat de overlevingskansen van de groep vergroot. Deze twee krachten zijn niet tegengesteld, maar interacteren constant om de evolutionaire ontwikkeling te sturen.
De dynamiek van het evolutionaire principe van concurrentie en samenwerking is complex. Een verschuiving in de omgevingsomstandigheden kan de nadruk verleggen van de ene naar de andere strategie. Maar het is niet een cognitieve intellectstrategie, het is de ‘intelligentie’ of zo je wil ‘instinctmatigheid’ van de evolutie zelf. Die dus de overmacht vormt.
Wat nu zou moeten gebeuren om de klimaatverandering tegen te gaan is samenwerking, maar wat we in de praktijk zien gebeuren is precies het tegenovergestelde, waarvan de symptomen zijn: versplintering, fragmentatie, polarisatie, strijd om schaarse hulpbronnen, strijd om het Noordpoolgebied, afkalvende democratiëen, toenemende autocratie. We hebben het in de basis over onderhevigheid aan evolutionaire principes met aan soorten overmachtige wetmatigheden die nu het Antropoceen aanstuurt.
De aanloop naar het Antropoceen is gebeurd in een miljoenen jaren evolutie. Je zou kunnen starten bij het rechtop-gaan-lopen van een soort en uit botonderzoek is gebleken dat we het dan hebben over 8 tot 10 miljoen jaar geleden. Je zou zelfs nog daarvoor kunnen starten want welke ontwikkelingen zorgden ervoor dat die botstructuurverandering een evolutionair voordeel opleverde?
Ten gevolge van het rechtop lopen en het beschikbaar komen van handen om gereedschappen te maken heeft het mensdier zich ontwikkeld met karakteristieke soorteigenschappen, waaronder het kunstmatig-zijn-van-nature vanwege zijn inherente gebrekkigheid. Het mensdier moet zich op een andere manier in stand houden dan de overige primaten, hij moet zich aanvullen met energetische en andere middelen uit de natuur. Dat heeft hij met succes gedaan.
Maak jouw eigen website met JouwWeb